WAT ZIT ER AAN DIE PLANT?

De grote gele bloemen van de Gele lis zijn prachtig. Jan Wolkers schreef: ‘Ik zou het beslist niet vreemd of kinderachtig vinden als je er tranen van in je ogen zou krijgen’. Na verloop van tijd verschijnen de vruchten. Aan deze verrassingsdoosjes valt van alles te onderzoeken Wat zit er in die vrucht? Zet een paar exemplaren van de Gele lis in een vaas. Praat erover met de kinderen: wie heeft deze bloemen wel eens gezien? Vind je ze mooi of niet? Waarom wel of niet? Bekijk samen met de kinderen de bloemen. Laat ze kijken naar de bouw van de bloem, naar de bloembladen en de binnenkant van de bloem.

De kinderen ervaren dat de vruchten van planten een verrassende inhoud hebben. Ze leren om de vruchten voorzichtig te onderzoeken en precies waar te nemen. Ze leren om de vorm en bouw van de vruchten te vergelijken met de bloem waar de vrucht uit is ontstaan en overeenkomsten te zoeken. Ze leren hoe een bloem in elkaar zit en hoe een vrucht met zaden ontstaat uit de stamper in de bloem.

Natuurlijk kun je ook de vruchten van andere planten onderzoeken. Gebruik bijvoorbeeld in mei - juni Klaprozen en Papavers, Ooievaars- en Reigersbekjes, en in september - oktober de Teunisbloem of Zwarte lampionplant Dit zijn allemaal planten met zaadjes die verpakt zitten in een verrassingsdoosje.