IK WORD ER DRAAIERIG VAN …

De kinderen gaan onderzoeken welke tollen goed draaien Vervolgens maken ze zelf een tol die echt kan draaien. Neem een flinke hoeveelheid tollen mee. Laat de kinderen experimenteren met de tollen Hoe zorg je dat de tol gaat draaien? Laat de tol zo lang mogelijk draaien. Vraag de kinderen om de eigenschappen van een tol te benoemen: de vorm, de grootte, waar is de tol van gemaakt, hoe zwaar is de tol?

De kinderen ontdekken spelenderwijs van alles over tollen. Ze leren te experimenteren en precies waar te nemen wat er gebeurt met verschillende tollen. Ze leren om hun nieuwe kennis toe te passen bij het maken en verbeteren van een tol. Ze leren welke factoren invloed hebben op het draaien van de tol, zoals de vorm, het steunpunt en de snelheid.

Als alle tollen zijn onderzocht en de kinderen weten welke eigenschappen een goede tol heeft, gaan ze zelf een tol maken. Daarvoor kunnen ze klein constructiemateriaal gebruiken (denk bijvoorbeeld aan K’NEX, LEGO), en ook karton, houten blokjes, potloden of cocktailprikkers. Tijdens het maken van de tollen kunnen de kinderen uitvoerig experimenteren met de vorm en het steunpunt.