DE DORPSSCHOOL VAN JAN STEEN 1

De kinderen vergelijken het schilderij ‘De Dorpsschool’ van Jan Steen met hun eigen klas. Ze kijken naar de inrichting en de gebruiksvoorwerpen Welke voorwerpen zijn in onbruik geraakt? Welke voorwerpen zie je nu nog steeds? Wat doen de kinderen? En de volwassenen? Vraag de kinderen of ze op het schilderij voorwerpen zien die nu nog steeds in onze klas te vinden zijn.

De kinderen ervaren dat voorwerpen in de loop van tijd veranderen, omdat mensen het ontwerp steeds verbeteren. Ze leren een vergelijking maken tussen een schoolklas in het heden en het verleden, en een ontwerpidee te bedenken voor de toekomst. Ze leren dat voorwerpen die ze vandaag de dag gebruiken er vroeger heel anders uitzagen of zelfs niet bestonden.

Laat kinderen voorwerpen van vroeger mee van huis nemen, mét het hedendaagse equivalent. Denk bijvoorbeeld aan ganzenveer-ballpoint, kaars-ledlamp, lei-schrift, fototoestel-mobiel Richt een klassententoonstelling in met al deze voorwerpen. De namen van de voorwerpen moeten natuurlijk op kaartjes worden geschreven. In deel twee van deze activiteit (‘Pennenonderzoek’) kijken we nauwkeuriger naar de werking van één van die voorwerpen: een ganzenveer.